Wijzigingen werkkostenregeling per 1-1-2016

Gebruikelijkheidstoets aangescherpt

De gebruikelijkheidstoets houdt in dat de vergoedingen,  verstrekkingen en terbeschikkingstellingen die u aanwijst als eindheffingsloon (bijvoorbeeld door ze in uw administratie op te nemen als eindheffingsloon), niet meer dan 30% mogen afwijken van wat in vergelijkbare omstandigheden gebruikelijk is.
Met ingang van 1 januari 2016 wordt het gebruikelijkheidscriterium aangescherpt: het aanwijzen van de vergoedingen, medicine verstrekkingen en terbeschikkingstellingen van een bepaalde omvang moet gebruikelijk zijn. Het moet dus gebruikelijk zijn dat uw werknemer vergoedingen, verstrekkingen of terbeschikkingstellingen van een bepaalde omvang belastingvrij krijgt en dat u de loonbelasting/premie volksverzekeringen via eindheffing voor uw rekening neemt.

Voorbeeld

U geeft enkele werknemers ieder jaar een belaste bonus van € 6.000. Netto krijgen deze werknemers dan elk ongeveer € 3.000. Dit jaar geeft u dezelfde werknemers dezelfde bonus, maar dan onbelast. Uw werknemers krijgen dan netto € 6.000. U mag de bonus dus niet aanwijzen als eindheffingsloon, omdat dit ongebruikelijk is.

Rentevoordeel personeelsleningen voor eigen woning belast

Per 1 januari 2016 vervalt de nihilwaardering voor het rentevoordeel van een personeelslening voor de eigen woning. Dit geldt ook voor de kosten die aan de lening zijn verbonden. U mag het rentevoordeel inclusief de kosten niet aanwijzen als eindheffingsloon als het gaat om een lening waarvan de rente aftrekbaar is in de inkomstenbelasting. U moet het rentevoordeel inclusief de kosten rekenen tot het loon van de werknemer. Uw werknemer kan het belaste rentevoordeel in de inkomstenbelasting aftrekken bij de eigenwoningregeling onder de voorwaarden die daarvoor gelden.

Rentevoordeel berekenen

U berekent het rentevoordeel door het verschil te nemen tussen het afgesproken rentepercentage en de waarde in het economische verkeer van de rente (de rente voor een vergelijkbare lening in de markt) op het moment dat u de lening afsluit of de rentevastperiode ingaat. Het rentevoordeel vult u ook in in de aangifte loonheffingen.

Personeelslening voor (elektrische) fiets of elektrische scooter

De nihilwaardering voor het rentevoordeel van een personeelslening die uw werknemer gebruikt om een (elektrische) fiets of een elektrische scooter te kopen, blijft ook na 1 januari 2016 van toepassing.